Aanbiedingsbrief
Geachte leden van de gemeenteraad,
Voor u ligt de kadernota 2022-2025. Deze kadernota stellen we op in bijzondere tijden. COVID-19 is nog steeds onder ons en beïnvloedt onze levens nog veel, maar het gaat de goede kant op. De samenleving gaat met flinke sprongen open en de druk op de ziekenhuizen neemt af. We zien echter ook dat er inwoners, maatschappelijke organisaties en bedrijven zijn, die te lijden hebben onder de coronacrisis en de gevolgen daarvan. Nog steeds zijn de lange termijn effecten niet duidelijk. We houden er rekening mee dat er naschokken komen. Voor onze inwoners, de samenleving en onze economie.
COVID-19 Herstelagenda
De huidige coronacrisis zorgt ervoor dat we nog altijd sturen in de mist. Het zicht is echter scherper dan vorig voorjaar. We weten veel meer over de implicaties op de economie en de herstelkracht. We zien in tal van onderdelen in de samenleving dat de veerkracht van inwoners en ondernemers groot is en de draad snel wordt opgepakt. Het herstelvermogen is groot. We hebben in beeld waar COVID-19 nauwelijks tot geen effect heeft gehad, maar ook waar de gevolgen groot zijn. De sociale implicaties zijn echter nog steeds lastig te voorspellen: hoe gaan jongeren om met anderhalf jaar sociale distantie en welke beroep gaan ze doen op jeugdzorg? Blijven inwoners lid van hun verenigingen of hebben ze andere tijdsbesteding gevonden? Neemt het aantal inwoners met schulden toe? We volgen de ontwikkelingen nauwgezet, maken een inschatting van wat dat betekent voor onze inwoners, bedrijven en instellingen en treffen indien gepast maatregelen.
In deze kadernota hebben we speciale aandacht voor onze COVID-19 herstelagenda. Deze wordt tijdens een aparte vergadering van de gemeenteraad behandeld, maar we laten de herstelagenda onderdeel zijn van deze Kadernota. Daarmee onderstrepen we dat de herstel maatregelen in onze dagelijkse werkzaamheden geïntegreerd hebben. We houden hierbij vast aan de uitgangspunten die vorig jaar hebben opgesteld:
- We geven inkomenssteun aan mensen die dat nodig hebben, geen omzetsteun aan bedrijven, of sectoren
- Helpen verdienen is beter dan helpen besparen
- Op naar werk
- We investeren in samenleven
- We investeren in zorgcontinuïteit
- We zijn en blijven een financieel gezonde organisatie.
We volgen kritisch de landelijke ondersteuningsmaatregelen en bepalen welke aanvullende ondersteunende maatregelen we noodzakelijk vinden. Indien nodig, betalen we dit uit de algemene reserve.
Vanuit bovenstaande criteria kiezen we voor een herstel en versterkingspakket gericht op de volgende pijlers:
- Anticyclisch investeren; hiermee zorgen we voor een (lokaal) positief effect. We investeren in de kracht en de toekomst van onze stad en de kernen.
- Investeren in een sociaal sterke gemeente; de coronacrisis heeft een grote sociaal en maatschappelijke impact op onze gemeente Naast onze inzet voor de ondersteuningsmaatregelen COVID-19 verwachten wij vanaf 2021 meer instroom in de bijstand, een groter beroep op onze armoedevoorzieningen en meer mensen in een problematische financiële situatie. We zetten daarom stevig in op het gebied van participatie, inkomensvoorziening, armoede en schulden.
- Helpen verdienen: We vervullen hierbij vaak een randvoorwaardelijke rol. Ruimte voor ondernemerschap en ook het versterken van het ondernemingsklimaat.
‘Op weg naar de begroting
In deze kadernota en begroting richten we ons op bestaande speerpunten en projecten. In maart 2022 zijn er gemeenteraad verkiezingen en daarom kiezen we voor een beleidsarme kadernota en programmabegroting. Dit betekent dat we inzetten op het afronden van het Coalitie Akkoord, bestaande speerpunten en projecten die in de Prioriteitennota en Programmabegroting 2021 zijn gehonoreerd. We nemen geen nieuwe speerpunten op. Ideeën of richtingen voor de toekomst worden in een Overdrachtsdocument vastgesteld.
Daarnaast staat onze financiële positie onder druk. In de Eerste financiële tussenrapportage van 2021 hebben we aangegeven dat we ons moeten voorbereiden op code ‘rood. Recente berichten van het Rijk laten een minder somber beeld zien. Bovendien is onze reservepositie op orde en kunnen wij turbulentie aan. Maar een aantal onzekerheden blijft. Op weg naar de begroting spreken we nu van code oranje. Dit alles bij elkaar maakt dat we de komende begroting opstellen vanuit de volgende kaders:
- Niet bezuinigen maar ook geen nieuw beleid: we zien geen ruimte voor nieuw of intensiveringen van beleid. We moeten strak begroten en kritisch zijn waar we ons geld aan uitgeven.
- Realistisch begroten, niet rijk rekenen: we hebben te maken met grote landelijke onzekerheden. Besluitvorming over structurele compensatie voor jeugdhulp, het abonnementstarief, de opschalingskorting en de herijking van het gemeentefonds laten op zich wachten totdat er een nieuw kabinet is. Deze onzekerheden kunnen veel impact hebben op onze begroting. Op dit moment laat het meerjarig perspectief een tekort zien. Als een aantal onzekerheden in ons voordeel uitvallen kan dit zomaar omslaan tot financiële ruimte. Zolang er echter geen nieuw kabinet is rekenen we ons niet rijk.
- Gemeentelijke lasten stabiel: in het eerste en het derde jaar van deze raadsperiode hebben we de gemeentelijke lasten fors verhoogd. Toch zitten we nog altijd ruim meer dan € 22,50 onder het landelijk lasten gemiddelde. Ondanks de belasting ruimte van € 15 verhogen we de gemeentelijke lasten in 2022 met alleen het inflatie percentage.
- Kostenbeheersing en transformatie sociaal domein : we geven prioriteit aan kostenbeheersing én transformatie in het sociaal domein. We blijven inzetten op deze transformatie in de zorg en sturen scherper op de uitvoering.
- Woningbouwplannen prioriteit : we geven absolute prioriteit aan de plannen voor woningbouw: ruim 8000 woningen de komende 15 jaar. De woningmarkt verandert qua behoefte en de vraag groeit nog steeds. Met als gevolg een groot woningtekort, sterk gestegen prijzen van bestaande huizen en van bouwkosten. Daarmee staat de primaire levensbehoefte van een passende woongelegenheid onder druk. Dat maakt “wonen” onze topprioriteit. We streven naar een beter evenwicht tussen vraag en aanbod en daarom werken we op vele fronten aan de ontwikkeling van woningbouwplannen. De reserves binnen het grondbedrijf zetten we vanaf 2022 zo veel mogelijk in voor de versnelling van de woningbouw en bedrijventerreinen en daarmee samenhangende aanpassingen in de infrastructuur.
- Inzetten op het verhogen van inkomsten: We blijven inzetten op het verhogen van onze inkomsten via het binnenhalen van subsidies en via het grondbedrijf.
Hoewel we geen extra middelen kunnen toekennen wil dit niet zeggen dat het karige tijden worden. We hebben afgelopen jaren al op veel plekken geïnvesteerd. We maken af wat we begonnen zijn en geven vol gas in de uitvoering. Er is genoeg moois om af te ronden en op te leveren en Oss op een optimistische manier over te dragen aan een volgende gemeenteraad.
Uitvoering onder druk
Bij de behandeling van de Prioriteitennota 2021 heeft de gemeenteraad een motie aangenomen over de 100.000 gemeente. Het college kreeg de opdracht een organisatie visie voor te leggen hoe het ambtelijk apparaat kan toegroeien naar een 100.000 gemeente. Onlangs heeft het college deze organisatie visie vastgesteld en naar de gemeenteraad verzonden.
Oss op de lange termijn
De speerpunten die we hebben opgenomen in deze kadernota komen voort uit de visie de we hebben voor Oss op de lange termijn . We hebben hier vorig jaar samen met u de grote lijnen voor uitgezet en blijven hier aan vast houden en deze verder vorm geven. Het lange termijn perspectief is aan de ene kant sturend voor onze jaarlijkse inzet en aan de andere kant voortdurend in ontwikkeling. Zo werken we dit jaar aan de drie gebiedsvisies op de stad, de stadjes/kernen en het buitengebied. We werken aan de economische visie, we hebben een mobiliteit ambitie voor het spoor gemaakt, in het sociaal domein doen we aan de hand van de transformatie nieuwe inzichten op. Dit alles zorgt ervoor dat Oss op de lange termijn een kompas is dat ieder jaar geijkt en verrijkt wordt.
VERGEZICHTEN
Oss: een gemeente met veel verschillende kanten
Oss is een bijzondere gemeente: een provincie in het klein, een stadteland. We hebben de uitdagingen van een middelgrote stad en van een uitgestrekte platteland gemeente. Het levert een cumulatie van opgaven en kansen op, een profiel dat niet door één kenmerk wordt gedomineerd en voortdurend zoeken naar het beste voor de stad, de kernen en het buitengebied. Dat is onze opgave: een balans en verbinding zoeken tussen die drie werelden (stad, kernen en buitengebied) en ervoor zorgen dat eigen inwoners én bezoekers daar van kunnen genieten. We ontwikkelen door naar een 100.000+ gemeente om nog beter in staat te worden om voor en met onze inwoners het beste uit ons prachtige gebied te halen.
Maatschappelijke voorzieningen en ontmoeten
We sluiten aan bij sociale netwerken: daar zit de kracht van de samenleving, het oplossingsvermogen en de kennis van wat er speelt in een dorp of wijk. De gemeente heeft een breed scala aan voorzieningen om het sociale leven te ondersteunen, wat ook heeft geleid tot een overaanbod. En er komen gebouwen leeg die we willen behouden maar waar een nieuwe functie gezocht moet worden (bv kerken). We willen op zoek naar nieuwe mogelijkheden voor ontmoeten die ook voor de lange termijn (financieel) haalbaar blijven en waar de inwoners zelf meer invloed en zeggenschap op hebben.
Sociaal domein
De vraag naar hulp en ondersteuning neemt toe, terwijl de middelen niet toereikend zijn. Dat gaat ten koste van andere terreinen, wat voor de lange termijn niet wenselijk is.
Ons uitgangspunt is eenvoudig en robuust. Voor wie het op eigen kracht of samen met haar en zijn omgeving niet kan, vormt de gemeente een springplank of betrouwbaar vangnet. Bedoeld om weer regie te krijgen over het eigen leven, maar zeker ook om een bestaan te garanderen dat er toe doet.
We stoppen meer energie in de transformatie: van zware naar lichte hulp, van curatie naar preventie, van individueel naar collectief, van professioneel naar maatschappelijk, van intramuraal naar ambulant, van verkokerd naar integraal. Vermaatschappelijking van de zorg, maar wel met een goed vangnet en specialistische hulp voor wie dat nodig heeft. In Oss laten we niemand vallen!
Stadscentrum
Het stadshart transformeert van een winkelgebied naar een ontmoetings- en verblijfsgebied met een combinatie van functies. Naast winkels, wonen en horeca hoort daar ook de cultuur bij met voorzieningen als de Lievekamp, de Groene Engel en museum Jan Cunen. En natuurlijk het nieuwe Walkwartier waar inwoners ook zelf invulling geven aan hun culturele activiteiten.
We faciliteren de ontwikkeling naar een compact en divers centrum.
Bouwen voor de toekomst
We gaan voor gevarieerd bouwen, aansluitend bij de behoefte van de verschillende doelgroepen. We bouwen stevig, ook voor mensen uit de regio, maar wel passend bij de locatie en bij het ritme van de inwoners. Uitbreidingen mogen niet ten koste gaan van de sociale verbondenheid.
Ondernemen en onderwijs
We kennen een divers bedrijfsleven, waardoor we minder vatbaar zijn voor schommelingen in de economie. Dat koesteren we, bijvoorbeeld door te zorgen voor goede vestigingsmogelijkheden (een opdracht voor de taskforce wonen en bedrijventerreinen). Er ligt veel nadruk op werk voor lager en middelbaar opgeleide mensen. Daarom is het voor ons van groot belang dat er een goed aanbod van beroepsopleidingen in Oss aanwezig is en blijft. Het VMBO en een stevig MBO horen bij Oss!
Zuinig op ons klimaat
We zijn ambitieus maar ook realistisch. We zetten actief in op wind- en zonne-energie om te voldoen aan onze opwekkingsopgave.
Bij de besparingsagenda zijn we vooral faciliterend: we maken besparing door inwoners mogelijk door leningen, kijken actief naar ons eigen vastgoed en spreken bijvoorbeeld woningbouwcorporaties aan op hun verantwoordelijkheid.
Meer ruimte voor de samenleving
De toenemende overheidsbemoeienis in de afgelopen decennia heeft ertoe geleid dat problemen vaak op het bordje van de gemeente worden gelegd. Maar we merken steeds vaker dat die gemeente niet de oplossing kan bieden. Of dat oplossingen die van de overheid komen niet altijd de beste zijn. Het kan ook anders.
Ten eerste kijken we naar wat er zonder onze bemoeienis sowieso mogelijk is. Afschaffen van welstand is daar een voorbeeld van. Maar er zijn veel meer terreinen waar we de ruimte voor onze ondernemende inwoners groter kunnen maken. Eenzaamheid aanpakken door dorps coöperaties, bouwen in eigen beheer, etc..
Ten tweede geven wij in onze nieuwe omgevingsplannen op hoofdlijnen aan wat we belangrijk vinden, waardoor meer ruime ontstaat voor inwoners.
Dat brengt wel een aantal dilemma’s met zich mee: wat is voor de gemeente en wat is van de samenleving? Waarop zijn wij aanspreekbaar en wat kunnen we van onze inwoners, ondernemers, gemeenschappen vragen. Welke rol nemen wij als gemeente?
Bij de uitvoering van grote projecten kijken we kritischer naar wat we zelf doen en wat we aan ondernemers, maatschappelijke organisaties en inwoners overlaten.
Dat vraagt regie vaardigheden van ons, zakelijkheid, het lef om los te laten en helder zijn aan de voorkant. Partner van de samenleving zijn, het netwerk organiseren, partijen langjarig aan je binden.
Inzetten op digitalisering: de snelweg en de meer complexe route
We kennen allemaal de situaties waarin de regels niet voldoen en waar we naar meer maatwerk willen. Maar er is ook een andere kant: veel vragen zijn eenvoudig en vragen om een eenvoudig en snel antwoord. We zetten in op digitalisering en standaardisering van die eenvoudige vragen, zodat we meer tijd hebben om waar nodig maatwerk te leveren. De snelweg voor 70-80% van de vragen, de passende route voor de overige met persoonlijke aandacht, verschillende invalshoeken, multidisciplinaire bijdragen.
Onze menselijke maatvoering blijft altijd: komt de inwoner er via de snelweg niet uit, dan zijn er altijd medewerkers om mee te spreken.
In zeven ontwikkelingsstappen samengevat is dit de kern:
- We groeien naar een woon en werk gemeente met 100.000 inwoners: met variatie in de breedste zin van het woord als vertrekpunt voor het bouwen en in een tempo dat past bij de inwoners.
- In de sociale verbinding zit veel oplossend vermogen. Daarom sluiten we meer aan bij het eigenaarschap in de samenleving en bieden we meer ruimte voor initiatieven.
- De transformatie in het sociaal domein intensiveren we door onder andere vermaatschappelijking van zorg en scherper sturen op de uitvoering.
- We willen niet overal van zijn, voeren niet alles zelf uit en vervullen vaker een regie functie
- We zetten in op standaardiseren en digitaliseren
- We versterken onze organisatie passend bij onze rol en omvang
- We blijven een financieel solide gemeente, die durft te investeren in het toekomst bestendig houden van onze samenleving.
Tenslotte
Wij zijn als eerste overheid voor een (groot) gedeelte afhankelijk van de andere overheden: Rijk en Provincie. We schreven al over de implicaties van een lange kabinetsformatie. Een ander facet is dat het Rijk nog altijd een decentralisatie agenda voert. Van de decentralisaties in het sociaal domein hebben wij geleerd dat taken overnemen alleen mogelijk is, als er voldoende budget overkomt. Bij volgende decentralisaties stappen wij (lobby van VNG, G40 etc.) pas in als de financiering ervan klopt.
Daarnaast zijn wij voor bijvoorbeeld woningbouw, regionale energie strategie of mestfabriek afhankelijk van het provinciale beleid. We treffen het niet met het gegeven dat we ons binnen circa 2 jaar voorbereiden op het derde College van GS. In onzekere tijden is stabiliteit en continuïteit van bestuur een ankerpunt, dat gemeenten hard nodig hebben.
Half oktober bieden wij u de begroting aan. Wellicht is er dan een kabinet aangetreden dat een aantal beslissingen heeft genomen dat van invloed is op onze begroting. Deze zullen we dan zeker verwerken, zoals we ook de opbrengst van de raadsvergadering over deze nota in de begroting een plaats geven. Als dit niet het geval is, zal de begroting in de geest van deze kadernota blijven: strak begroten, geen extra uitgaven en niet bezuinigen.
Burgemeester en wethouders van Oss.
De secretaris, De burgemeester,
drs. H. Mensink drs. W.J.L. Buijs-Glaudemans